Aan de Staatssecretaris van Financiën is een Wob-verzoek gedaan om documenten vrij te geven die enige vragen beantwoorden op het gebied van bestuurlijke boeten.

In het kader van de Wet openbaarheid van bestuur is aan de Staatssecretaris van Financiën een verzoek gedaan om documenten vrij te geven die de volgende vragen beantwoorden:

1. Hoeveel bestuurlijke boeten zoals genoemd in art. 5:1 lid 2, Awb zijn aan facilitators opgelegd in de periode van 1 juli 2009 tot en met 31 december 2013 en in de periode 1 januari 2014 tot en met heden?

2. Hoeveel bestuurlijke boeten zijn in ieder van beide perioden opgelegd aan facilitators die onder Horizontaal Toezicht vallen en hoeveel aan facilitators die niet onder Horizontaal Toezicht vallen?

3. Hoeveel bestuurlijke boeten zoals genoemd in art. 67o AWR zijn sinds 1 januari 2014 aan facilitators opgelegd, gesplitst naar opgelegde boeten wegens "doen plegen en hoeveel wegens medeplichtigheid"?

4. Hoeveel bestuurlijke boeten zoals genoemd in art. 67o AWR zijn opgelegd aan facilitators die onder Horizontaal Toezicht vallen en hoeveel aan facilitators die niet onder Horizontaal Toezicht vallen?

De indiener van het Wob-verzoek definieert facilitators als advocaten, notarissen, accountants en belastingadviseurs. De staatssecretaris merkt hierbij op dat het begrip facilitators niet als zodanig door de Belastingdienst gehanteerd wordt en dat in die zin het Wob-verzoek niet exact te beantwoorden is.

De staatssecretaris merkt op dat de Wob-verzoeker vier inhoudelijke vragen stelt en dat dergelijke vragen niet zijn aan te merken als Wob-verzoeken die gericht zijn op gegevensdragers over een bestuurlijke aangelegenheid. Verder stelt hij dat een concreet document waarin de genoemde gegevens zijn verwoord, niet voorhanden is. In zoverre wijst hij daarom het Wob-verzoek af.

Hij poogt de verzoeker echter wel tegemoet te komen en verschaft met betrekking tot vraag 1 wat summiere cijfers voor zover die bekend zijn. Met betrekking tot vraag 2 en 4 deelt hij mee dat het niet bekend is of dit gaat om personen die onder Horizontaal Toezichtconvenant vallen en met betrekking tot punt 3 deelt hij mee dat er tot op heden geen bestuurlijke boeten opgelegd zijn op grond van art. 67o AWR. Aldus wijst hij het verzoek gedeeltelijk toe.

[Nieuwsbron]

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Bronbelasting

Regelgevende instantie: Ministerie van Financiën

Editie: 29 november

1

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen