Hof Den Haag oordeelt dat X niet aannemelijk maakt dat hij te veel heeft betaald voor zijn woning. De Hoge Raad oordeelt dat de middelen of klachten niet tot cassatie kunnen leiden (art. 81 Wet RO).

X koopt op 26 december 2013 een woning voor € 276.000. De WOZ-waarde 2015 is op hetzelfde bedrag vastgesteld door de gemeente. X stelt dat de WOZ-waarde lager moet zijn omdat hij teveel heeft betaald. Rechtbank Den Haag acht dit aannemelijk en verlaagt de WOZ-waarde tot € 255.000.

Hof Den Haag (MK I, 14 december 2016, BK-16/00264, V-N Vandaag 2017/39) oordeelt dat X niet aannemelijk maakt dat hij te veel heeft betaald voor zijn woning. Op foto's zijn weliswaar enkele scheuren te zien, maar dergelijke scheuren zijn bij oudere woningen niet ongebruikelijk. De WOZ-waarde is gelijk aan de prijs die besteed zou worden "bij aanbieding ten verkoop op de voor de zaak meest geschikte wijze na de beste voorbereiding". De voorbereiding, zo legt het hof uit, betreft hier de voorbereiding van de aanbieding ten verkoop door de verkoper en niet de voorbereiding van het door de meestbiedende koper uitgebrachte bod. Dat X de woning naar eigen zeggen niet na de beste voorbereiding heeft gekocht, is derhalve niet relevant. Het hof verklaart het hoger beroep van de heffingsambtenaar gegrond en vernietigt de uitspraak van de rechtbank. Voor een veroordeling van X in de proceskosten van de heffingsambtenaar ziet het hof echter geen aanleiding.

De Hoge Raad oordeelt dat de middelen of klachten niet tot cassatie kunnen leiden (art. 81 Wet RO).

[Bron Uitspraak]

Wetsartikelen:

Wet waardering onroerende zaken 17

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Waardering onroerende zaken

Instantie: Hoge Raad

Editie: 18 oktober

3

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen