Een zeevarend werktuigbouwkundige verzet zich tegen de inhouding van LB/PH op zijn loon. Hof Leeuwarden oordeelt – net zoals de rechtbank - dat de inspecteur terecht de vrijstelling heeft geweigerd omdat X in Nederland woont.

Belanghebbende, X, heeft de Nederlandse nationaliteit. Hij is geboren in 1959 en is in 2007 getrouwd met huisarts Y. Y heeft een woonhuis te Z, waar X en Y samen wonen totdat X vertrekt naar Ierland. X laat zich eind mei 2009 uitschrijven in Nederland en vestigt zich in Ierland waar hij een woning bezit. In Ierland woont ook zijn minderjarige zoon bij diens moeder. In februari 2010 treedt X in dienst bij de in Nederland gevestigde D bv om als scheepswerktuigkundige te werken aan boord van schepen die onder de Nederlandse vlag varen. X verzoekt de inspecteur om een vrijstelling van in te houden LB omdat hij, naar zijn mening, in Ierland woont. De inspecteur weigert de vrijstelling omdat X volgens hem in Nederland woont.

Hof Leeuwarden bevestigt het standpunt van de inspecteur. Het hof oordeelt dat de inspecteur aannemelijk maakt dat tussen X en Nederland een duurzame band van persoonlijke aard bestaat. Zijn echtgenote woont in Nederland en X verblijft daar regelmatig. X is op dat adres bekend bij de Belastingdienst voor de IB en de MRB en dat adres is ook vermeld op bankafschriften en salarisstroken. X heeft acht verzekerde motorrijtuigen op zijn naam staan die in Nederland zijn ingeschreven in het kentekenregister. Het hof oordeelt dat X voor de toepassing van de Wet LB in Nederland woont en zijn werkgever terecht LB/PVV op het loon heeft ingehouden. Het hof bevestigt de uitspraak van de rechtbank en verklaart het beroep van X ongegrond.  

 

[Bron Uitspraak]

Wetsartikelen:

Algemene wet inzake rijksbelastingen 4

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Bronbelasting, Sociale zekerheid algemeen

Instantie: Hof Leeuwarden

Editie: 22 november

2

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen