Er zijn een paar uitzonderingen waarbij de aangiftetermijn voor de erfbelasting later gaat lopen. Belastingrente is dan pas verschuldigd als de aangifte wordt ingediend na afloop van die termijn. De Belastingdienst licht deze uitzonderingen toe.

Vorige maand heeft de staatssecretaris besloten dat erfgenamen vanaf 1 januari 2021 weer belastingrente moeten betalen over erfbelasting als zij een aangifte te laat indienen of als de aangifte gecorrigeerd moet worden. Afgelopen jaren heeft de Belastingdienst helemaal geen rente over de erfbelasting geheven, omdat bij het verwerken van aangiften achterstanden waren ontstaan.

Omdat ondertussen het normale verwerkingsritme van de aangiften erfbelasting bereikt is en ook het ICT-systeem voor de erfbelasting op orde is, is dus besloten dat de Belastingdienst weer rente in rekening mag brengen.

Rente voorkomen

Normaal gesproken moeten erfgenamen aangifte erfbelasting doen vóór de eerste dag van de negende maand na overlijden van de erflater, dat is binnen ruim acht maanden. Doen de erfgenamen juist, volledig en op tijd aangifte, dan voorkomen ze belastingrente. De Belastingdienst berekent ook geen rente als erfgenamen binnen de termijn van ruim acht maanden een voorlopige aangifte aanvragen en deze ook op tijd indienen.

Voor aangiften van overlijdens tussen 1 januari 2017 en 31 december 2020 brengt de Belastingdienst geen belastingrente in rekening.

Let op!
Uitstel aanvragen om belastingrente te voorkomen heeft geen zin. De Belastingdienst berekent rente vanaf het moment dat de aangiftetermijn verstrijkt.

Niet tijdig doen van aangifte

Doet men niet tijdig aangifte en wordt de aangifte gevolgd, dan berekent de Belastingdienst de rente over maximaal 19 weken na ontvangst van de aangifte. De termijn waarover de Belastingdienst rente berekent is 14 weken na een verzoek om een voorlopige aanslag, of twaalf weken na een verzoek om een navorderingsaanslag.

Uitzonderingen aangiftetermijn

Er staan in artikel 45 van de Successiewet enkele uitzonderingen op de aangiftetermijn genoemd. In alle gevallen gaat het erom dat op het moment van overlijden de verdeling van de erfenis nog niet bekend is, of dat men na het overlijden nog wijzigingen doorvoert. Denk hierbij aan de volgende mogelijkheden:

  • één van de erfgenamen is een nog ongeboren baby;
  • er is geen erfgenaam bekend en ook geen vereffenaar;
  • een erfgenaam verwerpt de erfenis, maar een andere erfgenaam daarna niet;
  • een testament waarbij erfgenamen elkaar trapsgewijs opvolgen. Dit is als een erflater een erfgenaam aanwijst, maar ook in lijn een tweede erfgenaam voor als de eerste aangewezen erfgenaam komt te overlijden, of de erfenis weigert te aanvaarden.

In alle gevallen begint de 8-maanden termijn later dan de overlijdensdatum van de erflater.

Uitzondering melden

Erfgenamen kunnen per brief aangeven als een uitzondering voor hen van toepassing is. De belastingrente kan dan mogelijk achterwege blijven. Verzuimt de erfgenaam een uitzondering aan te vragen, dan kan dit ook nog aan de orde komen in een bezwaarprocedure.

Een erfgenaam of de fiscaal dienstverlener stuurt dan een brief met naw-gegevens van de erfgenaam en de erflater, inclusief overlijdensdatum en welke uitzondering van toepassing is, naar:

Belastingdienst/kantoor Eindhoven
Antwoordnummer 14660
5600WK Eindhoven

Let op!
Andere erfgenamen moeten gewoon aangifte doen.

Bron: Belastingdienst

Informatiesoort: Nieuws

Rubriek: Schenk- en erfbelasting, Fiscaal bestuurs(proces)recht

107

Gerelateerde artikelen