Rechtbank Oost-Brabant oordeelt dat de heffingsambtenaar van Belastingsamenwerking Oost-Brabant bevoegd was om een aanslag reclamebelasting van de gemeente Uden op te leggen aan X. 

Belanghebbende, X, is het niet eens met de aanslag reclamebelasting die de heffingsambtenaar van de Belastingsamenwerking Oost-Brabant hem heeft opgelegd.

Rechtbank Oost-Brabant oordeelt dat de heffingsambtenaar van Belastingsamenwerking Oost-Brabant bevoegd was om een aanslag reclamebelasting van de gemeente Uden op te leggen aan X. De rechtbank verwerpt het betoog dat gemeenten de heffing van reclamebelasting niet kunnen overdragen aan een gemeenschappelijke regeling. In art. 30 van de Wet gemeenschappelijke regelingen wordt de reclamebelasting inderdaad niet genoemd, maar dit artikel gaat over de overdracht van de verordenende bevoegdheid en niet om de overdracht van de bevoegdheid om reclamebelasting te heffen. De verordening reclamebelasting is op de juiste wijze vastgesteld en gepubliceerd door de gemeente zelf. De bevoegdheid om aanslagen vast te stellen heeft de gemeente Uden op de juiste wijze overgedragen aan de Belastingsamenwerking Oost-Brabant. De rechtbank verklaart het beroep van X tegen de aanslag reclamebelasting dan ook ongegrond.

[Bron Uitspraak]

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Belastingen van lagere overheden

Instantie: Rechtbank Oost-Brabant

Editie: 29 januari

6

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen