X, een voetbalvereniging, is gebruiker van een clubhuis en sportvelden gelegen in de gemeente Nijmegen. Met betrekking tot het clubhuis heeft zij tevens een recht van opstal. X verschilt met de heffingsambtenaar van de gemeente van mening over de WOZ-waarden over de jaren 2007 tot en met 2009. Niet in geschil is dat de WOZ-waarde moet worden bepaald op de gecorrigeerde vervangingswaarde.
Rechtbank Arnhem verwerpt de stelling van X dat de WOZ-waarden verlaagd moeten worden in verband met een overcapaciteit van 33%. De rechtbank overweegt dat er weliswaar sprake is van overcapaciteit, maar dat deze bij de bouw in 2005 is voorzien in verband met een verwachte toename van de bevolking in de nabij gelegen nieuwbouwwijk. Aannemelijk is dat de achterblijvende ledengroei het gevolg is van de stillegging van de woningbouw. Er is geen sprake van structurele overcapaciteit omdat de capaciteit is gepland in lijn met de verwachte bevolkingstoename. De rechtbank stelt de waarde van het clubhuis in goede justitie vast omdat de heffingsambtenaar ten onrechte het clubhuis als een luxe clubhuis heeft aangemerkt, hetgeen gelet op de afwerking en het voorzieningenniveau, niet terecht is. Ook heeft de gemeente in eerste instantie de bruto vervangingswaarde van de aan de kantine (waarvoor X btw-plichtig is) toegerekende oppervlakte inclusief btw gewaardeerd. De rechtbank verlaagt de WOZ-waarden van het clubhuis en handhaaft die van de voetbalvelden.
Informatiesoort: VN Vandaag
Rubriek: Belastingen van lagere overheden, Waardering onroerende zaken
Instantie: Rechtbank Arnhem