Rechtbank Den Haag oordeelt dat de geraamde baten niet hoger zijn dan de geraamde lasten. De verhouding tussen de verschillende tarieven is ook niet zodanig dat er strijd is met enig rechtsbeginsel.

Aan X is door de Gemeente Zoetermeer een aanslag afvalstoffenheffing opgelegd. In geschil is of het tarief voor éénpersoonshuishoudens van € 264,27 in 2022 te hoog is. Voor twee personen is het tarief € 297,13 en voor drie of meer personen € 311,77. Volgens X is de opbrengstlimiet overschreden en is het gelijkheids- of het evenredigheidsbeginsel geschonden.

Rechtbank Den Haag oordeelt dat de heffingsambtenaar met de openbaar beschikbare stukken aannemelijk maakt dat de geraamde baten niet hoger zijn dan de geraamde lasten. Tot de geraamde lasten behoren mede de bijdrage uit het BTW-compensatiefonds (€ 1.717.769) en de kosten van kwijtschelding (€ 1.075.139). De verhouding tussen de verschillende tarieven is ook niet zodanig dat er strijd is met enig rechtsbeginsel. Hierbij wordt in aanmerking genomen dat de vaste kosten van inzameling van huishoudelijk afval relatief hoog zijn en de variabele kosten relatief laag. Het beroep van X is ook voor het overige ongegrond. Wegens het overschrijden van de redelijke termijn krijgt X wel een immateriële schadevergoeding van € 500.

[Bron Uitspraak]

Wetsartikelen:

Gemeentewet 219

Gemeentewet 216

Algemene wet bestuursrecht 8:42

Wet belastingen op milieugrondslag 15.33

Instantie: Rechtbank Den Haag

Rubriek: Belastingen van lagere overheden, Milieuheffingen, Fiscaal bestuurs(proces)recht

Editie: 23 juli

Informatiesoort: VN Vandaag

113

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen