Advocaat-generaal Wissink concludeert dat Accon X niet hoefde te adviseren over de mogelijkheid van een ruisende inbreng in een BV. Of Accon informatie had moeten verschaffen over de bv-optie, hangt namelijk af van een waardering van de omstandigheden van het geval.

Belanghebbende, X, exploiteert een veehouderij. In mei 2006 verkoopt X zijn melkquotum, en bouwt hij de bedrijfsactiviteiten in de rundveehouderij, de varkenshouderij en de akkerbouw stapsgewijs af. De boekwinst doteert X aan de HIR. In de periode 2006-2008 wordt de complete veehouderij-activiteit vervangen door paardenhouderij-activiteiten. De HIR kan niet worden gebruikt voor de investeringen die X in een trainingshal voor de paarden pleegt. Hierdoor moet X over een vrijval van € 400.000 € 229.000 aan IB betalen. X vordert vervolgens een schadevergoeding van zijn adviseur (Accon). Volgens X heeft Accon namelijk een beroepsfout gemaakt, door hem niet tijdig te informeren over de omstandigheid dat de HIR niet kan worden benut voor een door hem nog te bouwen trainingshal voor de paarden. Verder is X van mening dat Accon hem had moeten adviseren over de mogelijkheid van een ruisende inbreng in een bv. De civiele kamer van Hof Arnhem-Leeuwarden oordeelt dat Accon als redelijk bekwaam en redelijk handelend adviseur niet gehouden was om X in maart 2010 (ongevraagd) te adviseren over de mogelijkheid van een ruisende inbreng in een bv. X had namelijk zelf twijfels over de voor- en nadelen, en de bouw van de trainingshal was al een feit. Verder was de herinvesteringstermijn bijna afgelopen en ging Accon er vanuit dat X verder ook deskundig werd bijgestaan.

Advocaat-generaal Wissink concludeert dat Accon X niet hoefde te adviseren over de mogelijkheid van een ruisende inbreng in een BV. De A-G stelt daarbij vast dat de beoordeling of Accon informatie had moeten verschaffen over de BV-optie, afhangt van een waardering van de omstandigheden van het onderhavige geval. Verder is volgens de A-G het oordeel van het hof, dat fiscaal advies over de bv-optie niet viel onder het bereik van de opdracht, niet onbegrijpelijk. De A-G adviseert de Hoge Raad het cassatieberoep ongegrond te verklaren.

Lees ook het thema Herinvesteringsreserve: onbelaste boekwinst voor herinvesteren in nieuwe bedrijfsmiddelen

[Bron Uitspraak]

Wetsartikelen:

Burgerlijk Wetboek Boek 7 401

Wet inkomstenbelasting 2001 3.54

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Inkomstenbelasting, Civiel recht algemeen

Instantie: Hoge Raad (Advocaat-Generaal)

Editie: 21 juni

2

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen