Rechtbank Zeeland-West-Brabant oordeelt dat beleggingsfonds X geen recht heeft op teruggaaf van dividendbelasting. X heeft namelijk geen dividendnota’s overgelegd en maakt dus niet aannemelijk dat en zo ja hoeveel Nederlandse dividendbelasting is ingehouden.
Het niet in Nederland gevestigde beleggingsfonds X verzoekt om teruggaaf van dividendbelasting over de jaren 2003 - 2011. De inspecteur wijst het verzoek af.
Rechtbank Zeeland-West-Brabant oordeelt dat beleggingsfonds X geen recht heeft op teruggaaf van dividendbelasting over de jaren 2003 - 2007. X heeft namelijk geen dividendnota’s overgelegd en maakt dus niet aannemelijk dat en zo ja hoeveel Nederlandse dividendbelasting is ingehouden. De rechtbank verwijst daarbij naar de uitspraak van Hof 's-Hertogenbosch van 24 mei 2023 (22/00554, V-N 2023/36.1.2). Ook voor de jaren 2008 - 2011 bestaat geen recht op teruggaaf van dividendbelasting. Het vrije verkeer van kapitaal wordt namelijk niet belemmerd door de omstandigheid dat buiten Nederland gevestigde beleggingsinstellingen niet in aanmerking komen voor een tegemoetkoming op grond van de regeling van de afdrachtvermindering (Hoge Raad, 9 april 2021 19/00104, V-N 2021/17.10). Verder is er volgens de rechtbank geen sprake van staatssteun (Hof ’s-Hertogenbosch, 19 april 2023, 22/00557, V-N 2023/41.1.6) en is er geen aanleiding voor het stellen van prejudiciële vragen.
Wetsartikelen:
Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie 63
Wet op de vennootschapsbelasting 1969 28
Wet op de dividendbelasting 1965 10a
Instantie: Rechtbank Zeeland-West-Brabant
Rubriek: Dividendbelasting
Editie: 4 oktober
Informatiesoort: VN Vandaag