Het Hof van Justitie EU oordeelt dat Denemarken in strijd met het EU-recht handelt, door een belastingvrijstelling toe te kennen aan Deense vennootschappen voor rente die zij van hun Deense dochters ontvangen, wanneer de dochter deze rente niet kan aftrekken in verband met onderkapitalisatie.

Het Deense Damixa ApS (Damixa) houdt de aandelen in het Duitse Damixa Armaturen GmbH (Armaturen). Damixa verstrekt een lening aan Armaturen. In 2005 en 2006 ontvangt Damixa DK 9,5 mln aan rente van Armaturen. Omdat er volgens de Duitse wetgeving sprake is van onderkapitalisatie, wordt de betaalde rente niet als bedrijfskosten geaccepteerd, maar is er sprake van dividend. In Denemarken heeft Damixa geen recht op toepassing van de rentevrijstelling voor de van Armaturen ontvangen rente. Volgens Damixa is er sprake van strijd met het EU-recht, omdat zij wel recht op de rentevrijstelling zou hebben als zij de rente zou hebben ontvangen van een Deense dochter. De Deense rechter heeft een prejudiciële vraag in deze zaak gesteld.

Het Hof van Justitie EU oordeelt dat Denemarken in strijd met het EU-recht handelt, door een belastingvrijstelling toe te kennen aan Deense vennootschappen voor rente die zij van hun Deense dochters ontvangen, wanneer de dochter deze rente niet kan aftrekken in verband met onderkapitalisatie. De vrijstelling is namelijk niet van toepassing als de dochter in een andere lidstaat is gevestigd.

Wetsartikelen:

Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie 54

Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie 49

[Nieuwsbron]

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Inkomstenbelasting, Europees belastingrecht, Vennootschapsbelasting

Instantie: Hof van Justitie van de Europese Unie

Editie: 22 december

2

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen