X ontving kinderopvangtoeslag. Ze verzoekt in mei 2021 om een herbeoordeling ervan. De inspecteur verlengt in oktober 2021 de behandeltermijn eenzijdig met zes maanden. De inspecteur redt het ook dan niet. X stelt vervolgens de inspecteur in gebreke en komt na de termijn verbonden aan de ingebrekestelling (2 weken) in beroep vanwege het niet-tijdig nemen van de beslissing. Tevens verzoekt X de rechter een dwangsom vast te stellen en een termijn waarbinnen alsnog de beslissing genomen moet worden.
Rechtbank Overijssel oordeelt dat X recht heeft op de maximale dwangsom (€ 1.442) wegens het uitblijven van de beslissing na de ingebrekestelling. Verder oordeelt de rechtbank dat de inspecteur wegens bijzondere omstandigheden 13 weken krijgt om alsnog te beslissen, te rekenen evenwel vanaf de dag van ontvangst van diens verweerschrift. Het niet binnen deze termijn beslissen zal verder tot een nadere dwangsom van maximaal € 15.000 leiden (€ 100 per dag).
Wetsartikelen:
Algemene wet bestuursrecht 4:18
Algemene wet bestuursrecht 4:17
Algemene wet bestuursrecht 6:12
Algemene wet bestuursrecht 8:55d
Informatiesoort: VN Vandaag
Rubriek: Toeslagen en zorgverzekeringswet, Fiscaal bestuurs(proces)recht
Instantie: Rechtbank Overijssel