Belanghebbende, X, maakt gebruik van een belastingadviseur die op 26 februari 2015 voor hem aangifte IB/PVV 2014 doet naar een belastbaar inkomen uit werk en woning van € 20.124. De adviseur maakt gebruik van aangiftesoftware van een commerciële partij. De inspecteur legt een definitieve aanslag op waarbij geen inkomensafhankelijke combinatiekorting wordt toegekend. Na bezwaar van X kent de inspecteur deze korting echter alsnog toe. In geschil is of de inspecteur terecht de gevraagde proceskostenvergoeding heeft geweigerd.
Hof Den Haag oordeelt dat de inspecteur X terecht een proceskostenvergoeding heeft onthouden. De inspecteur heeft volgens het hof niet onrechtmatig gehandeld door bij het vaststellen van de aanslag geen inkomensafhankelijke combinatiekorting toe te kennen. X heeft niet aannemelijk gemaakt dat de inspecteur op basis van de door haar ingediende aangifte de inkomensafhankelijke combinatiekorting al bij de aanslagregeling aan haar had moeten toekennen. Uit de door de inspecteur overgelegde stukken volgt dat X op basis van de gegevens die zij in de aangifte heeft ingevuld, geen recht had op de inkomensafhankelijke combinatiekorting.
Wetsartikelen:
Algemene wet bestuursrecht 7:15-2