X claimt in zijn aangifte IB/PVV 2015 aftrek specifieke zorgkosten, waarvan €310 verband houdt met uitgaven voor extra kleding en beddengoed met betrekking tot incontinentie van zijn zoon.
De inspecteur weigert de aftrek. Uit de doktersverklaring die X overlegt blijkt niet dat de incontinentie structureel extra kosten met zich mee brengt. De rechtbank stelt de inspecteur in het gelijk. X gaat in hoger beroep. Op basis van een nieuwe doktersverklaring neemt de inspecteur het standpunt in dat X recht heeft op een aftrek van €310. X is van mening dat hem een proceskostenvergoeding toekomt nu het hoger beroep gegrond is.
Hof Amsterdam oordeelt dat X geen recht heeft op een proceskostenvergoeding. De noodzaak van het hoger beroep vloeit volledig voort uit de handelswijze van X, aangezien X pas in hoger beroep een doktersverklaring inbrengt waaruit zijn gelijk blijkt. Het hoger beroep is gegrond. Er is geen aanleiding tot veroordeling in de proceskosten.
Wetsartikelen:
Algemene wet bestuursrecht 8:75