X is eigenaar van een pluimveebedrijf met woning. De heffingsambtenaar van de gemeente Asten stelt de WOZ-waarde naar waardepeildatum 1 januari 2009 en 1 januari 2010 vast. Rechtbank 's-Hertogenbosch vermindert de beide waarden. De gemeente komt in hoger beroep, X stelt incidenteel hoger beroep in. Hof 's-Hertogenbosch oordeelt dat de heffingsambtenaar niet aannemelijk maakt dat de rechtbank de WOZ-waarde te laag heeft vastgesteld. De heffingsambtenaar heeft gebruik gemaakt van de Taxatiewijzers. Dit is volgens het hof een goed uitgangspunt, maar er moet rekening worden gehouden met de feitelijke omstandigheden van het object. X voert onder andere aan dat in het bestemmingsplan weliswaar is aangegeven dat de onroerende zaak een bestemming pluimveehouderij heeft, maar dat het bedrijf al jaren geleden is gestaakt. De heffingsambtenaar heeft ook onvoldoende rekening gehouden met het feit dat de onroerende zaak door veroudering niet langer geschikt is voor de intensieve pluimveehouderij. Belanghebbende staat de door de rechtbank bepaalde waarden voor. Het hof neemt de door de rechtbank bepaalde waarden over.
Wetsartikelen:
Wet waardering onroerende zaken 17
Informatiesoort: VN Vandaag
Rubriek: Belastingen van lagere overheden
Instantie: Hof 's-Hertogenbosch
Editie: 25 juni