Staatssecretaris Vijlbrief van Financiën heeft de memorie van antwoord bij het wetsvoorstel Wet implementatie belastingplichtmaatregel uit de tweede EU-richtlijn antibelastingontwijking (35931) naar de Eerste Kamer gestuurd.

Naar aanleiding van een NOB-vraag bevestigt Vijlbrief dat voor de toepassing van het voorgestelde art. 9 lid 1 onderdeel f Wet VPB 1969 het percentuele aandeel van de participant in de Nederlandse winst in aftrek kan worden gebracht. Met dien verstande dat ingeval verschillen in winstbepaling- en correctieregels ertoe leiden dat de winst die naar Nederlandse maatstaven wordt berekend bij een participant niet in een naar de winst geheven belasting wordt betrokken, er voor dit gedeelte van de winst geen aftrek wordt verleend. Voor de vraag of de winst bij een participant in een naar de winst geheven belasting wordt betrokken verwijst Vijlbrief naar de memorie van toelichting.

Verder gaat Vijlbrief in op een vraag hoe het aangenomen amendement van Idsinga (V-N 2021/50.8) zich verhoudt tot het arrest van de Hoge Raad van 7 juli 1982, BNB 1982/268. Het amendement regelt dat een hybride betaling als bedoeld in art. 12ab lid 1 Wet VPB 1969 aan een open cv tot de winst van die open cv wordt gerekend, ook voor zover die winst toekomt aan de voor het geheel aansprakelijke (beherende) vennoten. Door de beperking van de aftrek van art. 9 lid 1 onderdeel e Wet VPB 1969 bij de winstbepaling van de open cv vindt het arrest uit 1982 effectief geen toepassing voor zover art. 12ab lid 1 Wet VPB 1969 van toepassing is. Hiermee wordt potentieel belastingontwijking voorkomen.

Ten slotte gaat Vijlbrief in op de uitvoeringsaspecten en de administratieve lasten. Vijlbrief schat in dat het wetsvoorstel zeer beperkte gevolgen zal hebben voor de administratieve lasten.

Lees ook de themapagina Wetsvoorstel Wet implementatie belastingplichtmaatregel uit de tweede EU-richtlijn antibelastingontwijking (35931).

[Nieuwsbron]

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Vennootschapsbelasting

Dossiers: Prinsjesdag 2021

Regelgevende instantie: Staten-Generaal

Editie: 30 november

23

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen