In de memorie van antwoord bij het wetsvoorstel Wet implementatie EU-richtlijn gegevensuitwisseling digitale platformeconomie (DAC7, 36063) gaat staatssecretaris Van Rij nader in op het verschil tussen een platform en een website waarop alleen advertenties worden weergegeven. Bij laatstgenoemde websites is sprake van de advertentievrijstelling en geldt geen rapportageverplichting.
Verder gaat Van Rij in op de situatie als het bedrag dat een rapporterende platformexploitant aan de Belastingdienst als tegenprestatie doorgeeft, niet het daadwerkelijke bedrag is dat de verkoper van dat platform heeft ontvangen. In zo’n geval moeten verkopers zelf het juiste bedrag aan inkomsten in hun aangifte op te nemen. Van belang is in ieder geval dat de Belastingdienst via de platformexploitant weet dat een verkoper inkomsten heeft ontvangen via een platform, en ook hoeveel die inkomsten ongeveer bedragen. Als blijkt dat het bedrag dat de Belastingdienst gerapporteerd heeft gekregen afwijkt van het bedrag dat een verkoper aangeeft te hebben ontvangen, kan de Belastingdienst nader onderzoek verrichten via de gebruikelijke procedures en wet- en regelgeving.
Lees ook het thema Wetsvoorstel implementatie EU-richtlijn gegevensuitwisseling digitale platformeconomie – DAC7 (36 063).
Informatiesoort: VN Vandaag
Rubriek: Europees belastingrecht, Fiscaal bestuurs(proces)recht
Dossiers: Prinsjesdag 2022
Regelgevende instantie: Staten-Generaal