De heer X doet eind 2011 BPM-aangifte in verband met de registratie van een gebruikte personenauto. De verschuldigde BPM is door X berekend aan de hand van de forfaitaire afschrijvingstabel (art. 10 lid 6 Wet BPM 1992). In de bezwaarfase wil X de koerslijst van Xray toepassen en wordt een teruggaaf geclaimd van € 2700. Rechtbank Zeeland-West-Brabant oordeelt dat X van dezelfde gegevens van de auto is uitgegaan zodat er geen belemmering is om de BPM met behulp van de koerslijst Xray in plaats van met de forfaitaire tabel te berekenen. De bezwaarkostenvergoeding wordt in redelijkheid vastgesteld op € 253. X krijgt voorts een proceskostenvergoeding van € 974 (1 punt voor het beroepschrift, 1 punt voor de zitting met een waarde per punt van € 487 en wegingsfactor 1). Dit wordt nog verhoogd met € 5 wegens de aanwezigheid van de gemachtigde van X tijdens de regiezitting van 420 samenhangende zaken. Aangezien het EU-recht is geschonden, moet X ook rente vergoed krijgen. Deze wordt berekend vanaf het moment van de onverschuldigde betaling. De rentevoet van art. 30f lid 5 AWR is een passende vergoeding. Het beroep van X is deels gegrond.
Wetsartikelen:
Wet op de belasting van personenauto's en motorrijwielen 1992 10
Informatiesoort: VN Vandaag
Rubriek: Bronbelasting, Belastingheffing van motorrijtuigen
Instantie: Rechtbank Zeeland-West-Brabant
Editie: 13 augustus