In het geval dat een EU-orgaan in Nederland goederen en diensten inkoopt of invoert op basis van het nieuwe richtlijnvoorstel, kan dit leiden tot een derving van BTW-inkomsten voor de Nederlandse overheid. Een inschatting hiervan is op voorhand niet te maken.

Dat antwoordt staatssecretaris Vijlbrief van Financiën op vragen van de vaste commissie voor Financiën over het BNC-fiche naar aanleiding van het richtlijnvoorstel voor een BTW-vrijstelling voor EU-organen ten behoeve van doorlevering aan derden.

Onder de huidige tijdelijke nationale regelingen kan de Europese Commissie (EC) in Nederland alleen mondkapjes, vaccins en testkits zonder BTW inkopen om te doneren aan derden. De voorgestelde maatregel ziet op alle goederen en diensten die door de EC worden ingekocht in de EU of worden ingevoerd voor zover het gebruik van deze goederen onder de reikwijdte van de maatregel valt.

Ten aanzien van een specifiek onderdeel uit het voorstel, te weten de elektronische procedure voor uitgifte van het vrijstellingscertificaat, laat de staatssecretaris weten dat al duidelijk is geworden dat de omzetting van een papieren naar een elektronisch uitgifteproces van vrijstellingscertificaten niet uitvoerbaar is voor de Nederlandse Belastingdienst binnen de voorgestelde termijn. Op welke termijn dit voor de Belastingdienst wel mogelijk is, wordt onderzocht.

De COVID-19 pandemie is voor de EC aanleiding geweest voor het indienen van het richtlijnvoorstel. Door de voorgestelde terugwerkende kracht vallen de inkopen vanaf 1 januari 2021, ook die voor de bestrijding van de COVID-19-pandemie, onder de voorgestelde maatregel.

Het voorzitterschap heeft aangegeven voornemens te zijn dit dossier te agenderen op de Ecofinraad van 18 juni 2021.

[Nieuwsbron]

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Europees belastingrecht, Omzetbelasting

Regelgevende instantie: Ministerie van Financiën

Editie: 15 juni

4

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen