Belanghebbende (X) vermeldt in zijn IB-aangifte 1999 een verlies uit onderneming van € 13.800. Per brieven van 21 mei 2001 laat de inspecteur belanghebbende weten dat zijn belastbaar inkomen voor het jaar 1999 wordt vastgesteld op € 9662 negatief. Belanghebbende maakt noch tegen de aanslag noch tegen het op dit aanslagbiljet vermelde verlies bezwaar. In een verliesbeschikking verrekent de inspecteur het verlies uit 1999 met winsten uit 1996, 1997 en 1999. Over het jaar 2006 legt de inspecteur aan belanghebbende een aanslag IB op naar een belastbaar inkomen uit werk en woning van € 29.033 en een belastbaar inkomen uit sparen en beleggen van € 9282. In zijn bezwaar tegen deze aanslag stelt belanghebbende dat nog een verlies uit 1999 resteert, namelijk een verlies dat is ontstaan uit de aan- en verkoop van een onroerende zaak en dat hij destijds abusievelijk niet in zijn aangifte heeft verantwoord.
Hof 's-Gravenhage (MK III, 2 februari 2011, BK-10/00001) oordeelt dat belanghebbende bij de beoordeling van de IB-aanslag 2006 de omvang van het verlies over 1999 - dat al onherroepelijk vaststaat - niet meer aan de orde kan stellen. Het bedrag van het ondernemingsverlies staat afzonderlijk vermeld op het aanslagbiljet IB 1999. Belanghebbende heeft de ontvangst van dit biljet niet betwist. Ook is niet gebleken dat belanghebbende tegen de aanslag bezwaar heeft gemaakt. Daarmee staat de omvang van het verlies over 1999 onherroepelijk vast. Het voorgaande vindt steun in de brieven die de inspecteur aan belanghebbende heeft verzonden waarin wordt meegedeeld welk deel van het over 1999 geleden verlies achterwaarts wordt verrekend met de vastgestelde belastbare inkomens over de jaren 1996 en 1997. Belanghebbende heeft tegen deze verminderingen evenmin bezwaar gemaakt, hoewel uit deze brieven (ook) de hoogte van het verlies over het jaar 1999 blijkt. Het hof verklaart het hoger beroep van belanghebbende ongegrond en bevestigt de beslissing van de rechtbank. De Hoge Raad oordeelt dat de middelen of klachten niet tot cassatie kunnen leiden (art. 81 Wet RO).