De heer X werkt in 2007 fulltime in dienstbetrekking en drijft daarnaast een eigen onderneming. Deze groentenkwekerij vindt plaats in een gehuurde tuinbouwkas. In geschil is de ambtshalve opgelegde ib/pvv-aanslag over 2007 en de verzuimboete ad € 1134. In 2011 is na een boekenonderzoek een navorderingsaanslag opgelegd. Hiertegen is geen bezwaar gemaakt. In geschil is de primitieve aanslag over 2007, die volgens de inspecteur eerder te laag dan te hoog is. X stelt dat de omzetcorrectie betrekking heeft op vorderingen op afnemers die reeds in 2007 voor 100% moeten worden afgeboekt en dat hij voldoet aan het urencriterium voor de zelfstandigen- en startersaftrek.
Rechtbank 's-Gravenhage oordeelt dat X ten onrechte het kasstelsel toepast en dat niet aannemelijk is gemaakt dat de betreffende afnemers reeds in 2007 volledig insolvabel waren. Weliswaar zijn enkele aanmaningen overgelegd, maar hiervan bestaat het vermoeden dat deze achteraf zijn opgemaakt. De aanmaningen waren bij het boekenonderzoek namelijk niet aanwezig. X maakt voorts niet aannemelijk dat hij aan het urencriterium voldoet. Bij waarnemingen ter plaatse was X nooit aanwezig. De vader van X nam steeds de honneurs waar en zou hebben verklaard dat X eigenlijk alleen administratief bij de zaak is betrokken. Het beroep van X is slechts gegrond, aangezien de boete op voorstel van de inspecteur wordt verminderd tot € 226.
Informatiesoort: VN Vandaag
Rubriek: Bronbelasting, Inkomstenbelasting
Instantie: Rechtbank 's-Gravenhage