Rechtbank Noord-Nederland oordeelt dat X ondanks de schending van de hoorplicht door de gemeente en de vernietiging van de naheffingsaanslag geen aanspraak maakt op een vergoeding van de kosten van bezwaar.

Belanghebbende, X, komt in bezwaar en beroep tegen een naheffingsaanslag parkeerbelasting. Rechtbank Noord-Nederland verklaart het beroep gegrond wegens schending van de hoorplicht en draagt de heffingsambtenaar op om opnieuw uitspraak te doen. De heffingsambtenaar doet opnieuw uitspraak, wederom zonder X te horen, en verklaart het bezwaar ongegrond. De uitspraak vermeldt dat als gevolg van een fout het bedrag van de naheffingsaanslag aan X is gerestitueerd.

Rechtbank Noord-Nederland oordeelt dat X ondanks de schending van de hoorplicht door de gemeente en de vernietiging van de naheffingsaanslag geen aanspraak maakt op een vergoeding van de kosten van bezwaar. De rechtbank stelt vast dat de parkeerbelasting die was nageheven reeds voor de uitspraak op bezwaar aan X is terugbetaald en de heffingsambtenaar in de uitspraak op bezwaar kenbaar heeft gemaakt deze niet opnieuw te zullen gaan heffen. De rechtbank is daarom van oordeel dat het belang van X bij dit beroep enkel kan zijn gelegen in de vergoeding van proceskosten in de bezwaarfase. De rechtbank oordeelt dat X hierop geen aanspraak kan maken, omdat de gemeente geen verwijt kan worden gemaakt. Het was X die zijn parkeerkaartje omgedraaid op het dashboard heeft gelegd zodat de parkeercontroleur niet kon vaststellen dat de parkeerbelasting was betaald. Omdat X geen bezwaarkostenvergoeding krijgt, is het beroep ongegrond.

[Bron Uitspraak]

Wetsartikelen:

Algemene wet bestuursrecht 7:15

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Bronbelasting

Instantie: Rechtbank Noord-Nederland

Editie: 2 november

4

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen