De heer G is producer, componist, arrangeur en tekstschrijver. G is enig aandeelhouder van belanghebbende, X nv. Deze nv is tot 2011 gevestigd op Curaçao. Met betrekking tot de geschillen over de verschuldigde vennootschaps- en inkomstenbelasting over de netto-royalty's in de periode 1996 tot en met 2007 sluit G een vaststellingsovereenkomst met de inspecteur. G betaalt hiertoe in privé over 2007 eenmalig € 1.068.319 extra inkomstenbelasting. X nv brengt in 2008 loonkosten van € 2 059 945 en rentekosten van € 40 908 ten laste van haar resultaat. De inspecteur gaat hier niet mee akkoord. X nv gaat in beroep. In geschil is de VPB-aanslag van X nv over 2008.
Rechtbank Gelderland oordeelt dat de overeenkomst uitgaat van een (extra) fictief loon van € 2.059.945 als zijnde inkomen uit werk en woning van G. Een redelijke uitleg van de overeenkomst brengt mee dat de fictieve loonkosten worden geacht ten laste van de winst van X nv te zijn gekomen in de periode 1996 tot en met 2007. Dit wordt bevestigd door het feit dat de VPB-aanslagen in deze periode op nihil zijn gesteld, ondanks de door haar genoten royalty-opbrengsten. X bv stelt dus vergeefs dat zij de extra loonkosten in 2008 mag aftrekken als zijnde het laatst openstaande jaar. De stelling van X nv dat een onbedoelde en onterechte additionele heffing van IB plaatsvindt, faalt eveneens. De fictieve loonkosten leiden tot een informele kapitaalstorting bij X nv. De verkrijgingsprijs wordt bij G, als aanmerkelijkbelanghouder, met dit bedrag verhoogd. Hierdoor treedt de door X nv bedoelde additionele heffing niet op. Het beroep van X nv is ongegrond.
Informatiesoort: VN Vandaag
Rubriek: Bronbelasting, Inkomstenbelasting, Loonbelasting, Vennootschapsbelasting
Instantie: Rechtbank Gelderland
Editie: 29 augustus