De staatssecretaris bevestigt dat in het geval er sprake is van privégebruik van een auto van de zaak de desbetreffende personen bij de toekenning van een WIA-uitkering, als gevolg van de uniformering van het loonbegrip, verlaging van hun inkomen ondervinden doordat de waarde van het privégebruik van die auto als inkomen in aanmerking wordt genomen bij het bepalen van de uitkering.

Brief Staatssecretaris van Financiën, 21 augustus 2014 DB/2014/230U

De Staatssecretaris van Financiën gaat in een brief aan de Tweede Kamer in op gevolgen van de Wet uniformering loonbegrip voor de WIA-uitkering. Het betreft specifiek de situatie dat er sprake is van de waarde van het privégebruik van de auto van de zaak. Hij stelt dat in het geval er sprake is van privégebruik van een auto van de zaak personen die het aangaat als gevolg van de uniformering van het loonbegrip verlaging van hun inkomen ondervinden doordat de waarde van het privégebruik van de auto van de zaak als inkomen in aanmerking wordt genomen bij het bepalen van de uitkering. Dit vloeit rechtstreeks voort uit de uniformering van het loon waardoor dit loonelement ook tot het loon voor de werknemersverzekeringen wordt gerekend, net zoals het tot het loon voor de loonheffing wordt gerekend. Er is indertijd voor gekozen om geen enkel onderscheid te maken naar gelang het moment waarop de auto voor het eerst ter beschikking is gesteld. Als dat wel het geval zou zijn, zou discoördinatie ontstaan tussen het loon voor de heffingen en het loon voor de uitkeringen. De staatssecretaris ziet geen aanleiding om op die eerdere besluitvorming terug te komen.

[Nieuwsbron]

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Loonbelasting, Sociale zekerheid algemeen

Regelgevende instantie: Ministerie van Financiën

Editie: 25 augustus

5

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen