Rechtbank Gelderland oordeelt in verzet dat de beroepen van X terecht niet-ontvankelijk zijn verklaard.

Belanghebbende, X, is een GmbH. X stelt beroep in tegen een beslissing van de gemeente inzake de WOZ-waarden van onroerende zaken. Rechtbank Gelderland verklaart het beroep vanwege het ontbreken van de gronden niet-ontvankelijk. Tegen deze beslissing gaat X in verzet. Ter zitting stelt X dat de WOZ-waarden niet meer in geschil waren en dat de beroepen zich uitsluitend richtten tegen het niet inwilligen van het verzoek om eenmaal griffierecht in rekening te brengen in plaats van vijfmaal, omdat volgens haar sprake is van samenhangende besluiten in de zin van art. 8:41 lid 3 Awb.

Rechtbank Gelderland oordeelt in verzet dat de beroepen van X terecht niet-ontvankelijk zijn verklaard. De rechtbank overweegt dat X geen nadere gronden heeft ingediend, omdat het geschil tussen partijen inmiddels beëindigd was. Dat betekent dat de rechtbank niet langer tot een inhoudelijke uitspraak kon komen, zodat de beroepen terecht niet-ontvankelijk zijn verklaard. Over het griffierecht oordeelt de rechtbank dat terecht vijfmaal griffierecht is geheven van X.

[Bron Uitspraak]

Wetsartikelen:

Algemene wet bestuursrecht 6:5

Algemene wet bestuursrecht 6:6

Algemene wet bestuursrecht 8:41-3

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Bronbelasting

Instantie: Rechtbank Gelderland

Editie: 23 december

3

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen