Belanghebbende, X bv, drijft een huisartsenpraktijk. In 2008 stelt X bv een personenauto ter beschikking aan haar enige werknemer. Naar aanleiding van een boekenonderzoek, legt de inspecteur aan X bv een naheffingsaanslag loonheffingen op in verband met het niet betalen van de loonheffing die betrekking heeft op het privégebruik van de auto. In geschil is of de inspecteur gelijktijdig met de naheffingsaanslag terecht een vergrijpboete van 25% heeft opgelegd. Het geschil spitst zich toe op de vraag of er sprake is van grove schuld aan de zijde van X bv.
Rechtbank Den Haag vernietigt de boete die opgelegd is wegens het niet betalen van de loonheffing die betrekking heeft op het privégebruik auto van haar enige werknemer. De rechtbank oordeelt dat niet kan worden gesproken van grove schuld. Het door de inspecteur gestelde onzorgvuldige handelen is hiertoe onvoldoende. De omstandigheid dat X bv niet erin is geslaagd bewijs te leveren dat voldoet aan de eisen die de wet stelt, is op zich genomen voorts geen omstandigheid die grove schuld impliceert. Het beroep van X bv is gegrond.
Wetsartikelen:
Algemene wet inzake rijksbelastingen 67f