X exploiteert een stucadoorsbedrijf en huurt in dat kader vanaf 1 oktober 2014 een kantoor. In april 2015 treft de politie in dat kantoor een hennepkwekerij aan. X voorkomt strafvervolging door een werkstraf te verrichten. Volgens de inspecteur heeft X in 2015 één oogst gehad en is die opbrengst ten onrechte niet in zijn aangifte verantwoord. In geschil zijn de aanslagen in de IB-sfeer en de vergrijpboete. Rechtbank Zeeland-West-Brabant verlaagt de boete wegens het overschrijden van de redelijke termijn met 15% tot € 3567. X stelt in hoger beroep dat de kostenaftrekbeperking voor illegale inkomsten niet van toepassing is, omdat een transactie met het OM is gesloten.
Hof 's-Hertogenbosch oordeelt dat omkering en verzwaring van de bewijslast moet plaatsvinden, omdat X niet de vereiste aangifte heeft gedaan. Weliswaar ontkent hij iedere betrokkenheid bij de kwekerij, maar er is geen plausibele verklaring voor zijn negatieve netto-privé. De schatting door de inspecteur van de inkomsten is redelijk, ondanks dat geen rekening is gehouden met de kosten van X. De kostenaftrekbeperking is namelijk van toepassing op transacties volgens het overgangsrecht. Het komt de kenbaarheid daarvan echter niet ten goede dat dit volgt uit een overgangsbepaling bij een niet-fiscale wet, waarvan de tekst bovendien onduidelijk is. Het beroep van X is ook voor het overige ongegrond.
Wetsartikelen:
Wet inkomstenbelasting 2001 3.14
Algemene wet inzake rijksbelastingen 27e
Informatiesoort: VN Vandaag
Rubriek: Inkomstenbelasting, Fiscaal bestuurs(proces)recht
Instantie: Hof 's-Hertogenbosch