X drijft een eenmanszaak en wordt aan een boekenonderzoek onderworpen. Naar aanleiding van het boekenonderzoek worden er navorderingsaanslagen IB/PVV over 2014 en 2015 opgelegd, alsmede aanslagen IB/PVV over 2016 en 2017. In geschil is of er jaarlijks een bedrag ten laste van de winst mag worden gebracht voor geleden schade door handelen van de mogendheid Roemenië, en of er voor de navorderingsaanslag over 2014 een nieuw feit is.
De rechtbank overweegt dat er wel sprake is van een nieuw feit, omdat de inspecteur tijdens het boekenonderzoek bekend is geworden met bepaalde feiten en omstandigheden die hij bij het opleggen van de aanslag niet wist of kon weten. Voorts is de rechtbank van oordeel dat niet gesproken kan worden van kosten die ten laste van de winst van de onderneming kunnen komen. X maakt onvoldoende aannemelijk dat de geleden schade heeft geleid of zal gaan leiden tot ondernemingsuitgaven. Het beroep is ongegrond.
Wetsartikelen:
Algemene wet inzake rijksbelastingen 16
Wet inkomstenbelasting 2001 3.8
Informatiesoort: VN Vandaag
Rubriek: Inkomstenbelasting, Fiscaal bestuurs(proces)recht
Instantie: Rechtbank Noord-Holland
Editie: 15 november