De heer X woont in Nederland. Aan X is over 2006 een ambtshalve ib/pvv-aanslag opgelegd. X stelt dat hij naast de Anw-uitkering in Nederland een gering inkomen in België heeft waarover hij aldaar belasting betaalt. X is er bestuurder c.q. vertegenwoordiger van diverse vennootschappen. In geschil is of de inspecteur de Belgische inkomsten terecht heeft geschat op € 44.568. Rechtbank Breda stelt de inspecteur in zoverre in het gelijk. X gaat in hoger beroep.
Hof 's-Hertogenbosch oordeelt dat € 44.568 een reële arbeidsbeloning is voor het soort werkzaamheden dat X verricht. De schatting van de inspecteur is niet onredelijk. Niet in geschil is dat X over 2006 niet de vereiste aangifte heeft gedaan en dat de bewijslast daarom moet worden omgekeerd. X heeft niet doen blijken dat en in hoeverre het inkomen tot een te hoog bedrag is vastgesteld. Het beroep van X is ongegrond.
Informatiesoort: VN Vandaag
Rubriek: Bronbelasting, Inkomstenbelasting
Instantie: Hof 's-Hertogenbosch