Aan de heer X is een navorderingsaanslag inkomensafhankelijke ZVW-bijdrage opgelegd. Na bezwaar is de aanslag vernietigd. Er is door de ontvanger echter geen beslissing genomen op de bezwaren tegen de aanmaningskosten en de kosten van het dwangbevel. Volgens X heeft de ontvanger daarom twee dwangsommen verbeurd wegens het niet tijdig beslissen.
Rechtbank Gelderland oordeelt dat sprake is van een zodanige samenhang tussen de bezwaren dat geen recht bestaat op een dwangsom voor elke zaak afzonderlijk. Het feit dat sprake is van meerdere besluiten is niet doorslaggevend (zie HR 29 mei 2015, nr. 14/05515, V-N 2015/27.10 en HR 25 maart 2016, nr. 15/01642, V-N 2016/18.6). De verschuldigdheid van de aanmaningskosten en de kosten van het dwangbevel is gebaseerd op bijna hetzelfde feitencomplex, de vraag namelijk of terecht is overgegaan tot invordering van de aanslag. De ontvanger is daarom slechts eenmaal de maximale dwangsom van € 1.260 verschuldigd. Het beroep van X is gegrond.
Wetsartikelen:
Algemene wet bestuursrecht 4:17
Informatiesoort: VN Vandaag
Rubriek: Bronbelasting, Invordering
Instantie: Rechtbank Gelderland
Editie: 7 september