Hof Arnhem-Leeuwarden sluit zich aan bij de beslissing van de rechtbank dat de inspecteur terecht een naheffingsaanslag motorrijtuigenbelasting met boete aan X heeft opgelegd. 

Belanghebbende, X, is volgens het kentekenregister vanaf 20 september 2005 tot en met 7 december 2011 houder van een motorrijtuig van het merk Ford. Op verzoek van X laat de Rijksdienst voor het Wegverkeer de tenaamstelling voor dit motorrijtuig per 8 december 2012 vervallen. Met dagtekening 14 november 2011 wordt aan X een rekening motorrijtuigenbelasting toegezonden over de periode 15 november 2011 tot en met 14 februari 2012 ter zake van het houden van het motorrijtuig. Op 23 december 2011 wordt deze rekening gecrediteerd met € 56, wegens beëindiging van het houderschap van het motorrijtuig. Als X de belasting niet tijdig betaalt, legt de inspecteur hem een naheffingsaanslag motorrijtuigenbelasting van € 19 op met een boete van € 49.

Hof Arnhem-Leeuwarden sluit zich aan bij de beslissing van de rechtbank dat de inspecteur terecht een naheffingsaanslag motorrijtuigenbelasting met boete aan X heeft opgelegd. De rechtbank heeft het betoog van X dat hij de auto die het betreft nooit in bezit heeft gehad verworpen. X heeft niet aannemelijk gemaakt dat de registratie in het kentekenregister onjuist was.

[Bron Uitspraak]

Wetsartikelen:

Wet op de motorrijtuigenbelasting 1994 7

Wet op de motorrijtuigenbelasting 1994 6

Algemene wet inzake rijksbelastingen 67c

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Belastingheffing van motorrijtuigen

Instantie: Hof Arnhem-Leeuwarden

Editie: 11 september

3

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen