Hof Amsterdam oordeelt in hoger beroep dat X niet aannemelijk maakt dat haar moeder de gemachtigde was van de bankrekening van X waarop de inkomsten zijn gestort en dat haar moeder met een bankpas die bedragen heeft opgenomen.

X verleent PGB-zorg aan haar grootouders. Volgens de inspecteur heeft X ten onrechte alleen de PGB-inkomsten van het tweede halfjaar in haar aangifte als resultaat uit overige werkzaamheden verantwoord. Pas nadat de aanslag conform de aangifte is opgelegd, krijgt de inspecteur een verantwoordingsformulier van het zorgkantoor, waarop staat dat door X ook zorg is verleend in het eerste halfjaar. In geschil is de navorderingsaanslag, waarbij het resultaat is verhoogd en waarbij diverse (reis)kosten alsnog zijn gecorrigeerd. Rechtbank Noord-Holland stelt de inspecteur in het gelijk. X stelt in hoger beroep dat niet zij, maar haar moeder, de betreffende PGB-inkomsten heeft genoten.

Hof Amsterdam oordeelt dat X niet aannemelijk maakt dat haar moeder de gemachtigde was van de bankrekening van X waarop de PGB-inkomsten zijn gestort en dat haar moeder met een bankpas de over het eerste halfjaar van 2014 uitbetaalde bedragen heeft opgenomen. X heeft in haar aangifte ten onrechte slechts de PGB-inkomsten over het tweede halfjaar verantwoord en heeft aldus niet de vereiste aangifte gedaan. De bewijslast wordt daarom omgekeerd en verzwaard. De door X opgevoerde kosten zijn ook terecht gecorrigeerd. X woonde destijds officieel op hetzelfde adres van haar grootouders, zodat in de aangifte ten onrechte reiskosten zijn afgetrokken. X claimt vergeefs IB-ondernemer te zijn. Er is namelijk alleen zorg verleend aan familie met een PGB-budget, waarbij onvoldoende debiteurenrisico is gelopen en met haar werkzaamheden is X niet in het economische verkeer naar buiten getreden. Het beroep van X is ongegrond.

[Bron Uitspraak]

Wetsartikelen:

Wet inkomstenbelasting 2001 3.5

Algemene wet inzake rijksbelastingen 27e

Algemene wet inzake rijksbelastingen 16

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Inkomstenbelasting, Fiscaal bestuurs(proces)recht

Instantie: Hof Amsterdam

22

Gerelateerde artikelen