Hof Amsterdam volgt in hoger beroep de inspecteur in haar uiteindelijke standpunt dat de helft van de terugbetaalde bijstandsuitkering niet moet worden toegerekend aan de ex-echtgenote van de heer X.

Aan belanghebbende, de heer X, is een IB-aanslag over 2007 opgelegd met een inkomen uit werk en woning van € 39.789. X heeft in 2007 € 30.599 aan de gemeente terugbetaald in verband met een onterecht ontvangen bijstandsuitkering. Rechtbank Haarlem verlaagt de aanslag naar € 30.616. De vermindering van € 9.173 is conform het standpunt van de inspecteur als volgt berekend. Het te verrekenen negatieve loon is € 29.447, waarvan € 15.300 al in aanmerking is genomen. Er wordt € 4.974 bijgeteld, zijnde het in de aangifte geclaimde 'restant niet benutte persoonsgebonden aftrek'. € 29.447 - € 15.300 + € 4.974 = € 9.173. X gaat in hoger beroep.

Hof Amsterdam volgt de inspecteur in haar uiteindelijke standpunt dat de helft van de terugbetaalde bijstandsuitkering niet moet worden toegerekend aan de ex-echtgenote van X. Het gehele terugbetaalde bedrag van € 30.600 moet bij X in aftrek worden gebracht. De inspecteur beroept zich met betrekking tot de ‘niet benutte persoonsgebonden aftrek' van € 4.974 ten onrechte op interne compensatie. Dit bedrag is namelijk niet in mindering gekomen op het inkomen, zodat er ook geen reden is dit te corrigeren. Het inkomen uit werk en woning wordt verlaagd naar € 24.489. Dit is als volgt berekend. X heeft in totaal voor € 98.730 aan (deels nabetaalde) uitkeringen ontvangen, minus het negatieve loon van € 30.600 en verliescompensatie van € 43.641. Het beroep van X is deels gegrond.

[Bron Uitspraak]

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Bronbelasting, Inkomstenbelasting, Loonbelasting

Instantie: Hof Amsterdam

Editie: 14 november

1

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen