De heer X (belanghebbende) heeft de Belgische nationaliteit en woont in België. X is vanaf 2001 in dienst bij het ING-concern in Nederland. Hiervoor geldt tot en met 31 maart 2011 de 30%-regeling. Vanaf 1 april 2009 is X geen werknemer meer bij ING. Per deze datum is X commissaris geworden bij ING en past ook hiervoor de 30%-regeling toe. Voor een in 2010 gestart commissariaat bij A bv wil X ook de 30%-regeling toepassen. Rechtbank Breda oordeelt echter dat X thans niet meer kwalificeert als ingekomen werknemer. X is namelijk niet uit het buitenland aangeworven. X werkt reeds vanaf 2001 in Nederland. X gaat in hoger beroep. Hof 's-Hertogenbosch oordeelt dat het "uit het buitenland aangeworven zijn" voor het nieuwe commissariaat als een gegeven moet worden beschouwd. Eenmaal aangeworven blijft namelijk aangeworven, althans voor de resterende looptijd. De arresten van de Hoge Raad waar de inspecteur zich op beroept, zien alleen op de eerste tewerkstelling. X is ook niet drie maanden of langer werkeloos geweest, zodat hij nog steeds geacht wordt specifiek deskundig of schaars te zijn. X heeft dus recht op toepassing van de 30%-regel voor zijn tewerkstelling bij A bv voor de resterende looptijd. Het beroep van X is gegrond.
Wetsartikelen:
Wet op de loonbelasting 1964 15a