Hof Arnhem-Leeuwarden oordeelt dat de twee bezwaarschriften tegen de twee WOZ-beschikkingen die zijn verenigd op één biljet, voor de berekening van de proceskostenvergoeding tellen als één bezwaarschrift. De Hoge Raad verklaart het beroep in cassatie niet-ontvankelijk omdat de aangevoerde klachten geen behandeling in cassatie rechtvaardigen (art. 80a Wet RO).
Belanghebbende, X, is eigenaar van twee woningen waarvan de WOZ-beschikkingen 2017 op één biljet zijn verenigd. In beroep is alleen nog de hoogte van de bezwaarkostenvergoeding in geschil. X stelt dat er sprake is van twee bezwaarschriften in plaats van één bezwaarschrift. Rechtbank Gelderland volgt hem hierin in zoverre, dat de bezwaarkostenvergoeding wordt vastgesteld op een bedrag gelijk aan twee punten voor bezwaar en twee punten voor de hoorzitting.
Hof Arnhem-Leeuwarden (V-N Vandaag 2018/2697) oordeelt dat de twee bezwaarschriften tegen de twee WOZ-beschikkingen die zijn verenigd op één biljet, voor de berekening van de proceskostenvergoeding tellen als één bezwaarschrift. Dit volgt uit het arrest van 12 april 2013, nr. 12/02674, V-N 2013/19.11. In dit geval ziet het hof geen aanleiding om de wegingsfactor vast te stellen op meer dan 1 (gemiddeld). De bezwaarschriften zijn op hoofdlijnen nagenoeg identiek en de specifieke aanvullingen zijn afkomstig uit de taxatierapporten, waarvoor X al een vergoeding heeft gekregen. Het hof verwerpt verder het standpunt van X dat het uurtarief voor deskundigenbijstand geïndexeerd moet worden conform CBS-cijfers. Het hof verklaart het hoger beroep van de heffingsambtenaar gegrond.
De Hoge Raad verklaart het beroep in cassatie niet-ontvankelijk omdat de aangevoerde klachten geen behandeling in cassatie rechtvaardigen (art. 80a Wet RO).
Wetsartikelen:
Algemene wet bestuursrecht 7:15 lid 2