Rechtbank Breda oordeelt dat de heer X rijnvarende is, aangezien de definitie van rijnvarende geen "indien en voor zover"-bepaling is. Het Verdrag Rijnvarenden prevaleert boven de EG-Verordening 1408/71. Aan de E101-verklaring valt dus niet het vertrouwen te ontlenen dat sprake is van verzekeringsplicht in Luxemburg.
De heer X woont in Nederland en werkt als kapitein op een binnenvaartschip. Het schip vaart in 2006 niet alleen op de Rijn, maar merendeels op andere binnenwateren. Op 1 maart 2006 geeft Luxemburg op grond van EG-Verordening 1408/71 een E101-verklaring af, waarin staat dat X zijn werkzaamheden is aangevangen in 2003. In geschil is of X in 2006 premieplichtig is voor de Nederlandse volksverzekeringen.Rechtbank Breda oordeelt dat X rijnvarende is, aangezien de definitie van rijnvarende geen "indien en voor zover"-bepaling is. Het Verdrag Rijnvarenden prevaleert boven de EG-Verordening. Aan de E101-verklaring valt dus niet het vertrouwen te ontlenen dat sprake is van verzekeringsplicht in Luxemburg. De in Nederland gevestigde X bv wordt in 2006 aangemerkt als de vennootschap die het schip daadwerkelijk exploiteert en die beslissingsbevoegd is voor het economische en commerciële management. Als in Luxemburg ten onrechte premies zijn ingehouden en afgedragen, zal X deze van Luxemburg moeten terugvragen. Het maakt niet uit dat in andere gevallen via de overlegprocedure van het Verdrag Rijnvarenden een oplossing is gevonden voor de dubbele premieheffing. X had de Sociale Verzekeringsbank namelijk ook kunnen verzoeken om een dergelijke overlegprocedure te starten.

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Premieheffing

Instantie: Rechtbank Breda

Editie: 4 oktober

0

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen