De Staatssecretaris van Financiën heeft een nieuw beleidsbesluit gepubliceerd dat gaat over de teruggaafregeling in de overdrachtsbelasting. Het besluit vervangt het besluit van 3 mei 2005, nr. CPP2005/370M. Op verzoek wordt op grond van de wet teruggaaf verleend van betaalde overdrachtsbelasting als de toestand van vóór de verkrijging zowel feitelijk als rechtens wordt hersteld als gevolg van de vervulling van een ontbindende voorwaarde, nietigheid of vernietiging of ontbinding wegens niet nakoming van een verbintenis.

In het onderhavige besluit wordt een goedkeuring verleend voor het geval dat niet aan het wettelijk vereiste van een feitelijk en rechtens herstel kan worden voldaan. Voor een herstel van de toestand van vóór de verkrijging moet de verkoper onder meer de door hem ontvangen koopsom geheel restitueren. Het kan echter zijn dat er na de verkrijging bijvoorbeeld een verbetering, verbouwing of sloop van de betrokken onroerende zaak heeft plaatsgevonden waardoor er een waardeverandering heeft plaatsgevonden die verrekend wordt. Door die verrekening vindt er geen herstel plaats van de toestand van vóór de verkrijging en is er dus geen recht op teruggaaf van de betaalde overdrachtsbelasting. Dat vindt de staatssecretaris ongewenst. De staatssecretaris keurt daarom onder bepaalde voorwaarden goed dat er teruggaaf van betaalde overdrachtsbelasting kan worden verleend als bij restitutie van de koopsom een bedrag wordt verrekend dat gelijk is aan de waardeverandering van de betrokken onroerende zaak tussen het moment van verkrijging en de latere terugoverdracht.

Brondocument
 

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Belastingen van rechtsverkeer

Editie: 11 september

7

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen