Rechtbank Den Haag oordeelt dat de inspecteur de WW-uitkering van € 22.795 terecht in 2014 in de belastingheffing heeft betrokken. Dit bedrag is namelijk in 2014 aan X uitgekeerd. Er zijn geen aanknopingspunten te vinden dat het bedrag al in een eerder jaar in de belastingheffing is betrokken.

X geniet in 2014 een loon van € 32.016. Tevens ontvangt hij WW-uitkeringen van het UWV van € 1213 en € 22.795. In zijn IB-aangifte 2014 verantwoordt hij de uitkering van € 22.795 niet, omdat de uitkering naar zijn mening reeds in de belastingheffing over het jaar 2011 is betrokken.

Rechtbank Den Haag oordeelt dat de inspecteur de WW-uitkering van € 22.795 terecht in 2014 in de belastingheffing heeft betrokken. Volgens de rechtbank is dit bedrag namelijk in 2014 aan X uitgekeerd en zijn er geen aanknopingspunten te vinden dat deze uitkering al in een eerder jaar in de belastingheffing is betrokken. Uit de renseignementen van het UWV volgt namelijk dat het bedrag van € 22.795 in het jaar 2014 aan X is uitgekeerd, zodat dit bedrag in 2014 is genoten en terecht in dat jaar tot het belastbaar inkomen is gerekend.

[Bron Uitspraak]

Wetsartikelen:

Wet inkomstenbelasting 2001 3.146

Wet inkomstenbelasting 2001 3.101

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Inkomstenbelasting

Instantie: Rechtbank Den Haag

Editie: 4 juni

4

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen