Belanghebbende, X, verricht in 2011 werkzaamheden als lid van een stembureau, in het kader van de verkiezingen voor Provinciale Staten. Voor het op één dag verrichten van werkzaamheden als stembureau-lid en het bijwonen van een instructiebijeenkomst ontvangt X een vergoeding van € 150. In geschil is of deze vergoeding moet worden aangemerkt als resultaat uit overige werkzaamheden dan wel als een (onbelaste) vrijwilligersvergoeding.
Hof Amsterdam oordeelt dat de vergoeding van € 150 die X heeft ontvangen voor zijn werkzaamheden als stembureau-lid geen onbelaste vrijwilligersvergoeding vormt. Het hof is van oordeel dat een vergoeding van € 150 zozeer afwijkt van hetgeen als een forfaitaire kostenvergoeding en een kleine vergoeding voor de inzet is te beschouwen, dat deze niet als een onbelaste vrijwilligerswerkvergoeding kan worden beschouwd. Aan het voorgaande doet niet af dat in het functieprofiel een MBO werk- en denkniveau wordt gevraagd en dat de vergoeding die X heeft genoten uitgedrukt in een bedrag per uur van € 7,89 lager is dan het bedrag van het gemiddelde (bruto)loon van iemand met een MBO-opleiding (€ 11,50).
Wetsartikelen:
Wet inkomstenbelasting 2001 3.90 en 3.96