Rechtbank Zeeland-West-Brabant is van oordeel dat na de vermindering van de aanslagen door een systeemfout het opleggen van een tweede aanslag niet mogelijk is, maar dat deze tweede aanslagen wel in stand kunnen blijven als navorderingsaanslagen, omdat aan de voorwaarden voor navordering is voldaan.

Aan belanghebbende, X, zijn aanslagen gemeentelijke- en waterschapsheffingen opgelegd, welke vervolgens door een systeemfout zijn verminderd naar nihil, waarna opnieuw aanslagen zijn opgelegd.

Rechtbank Zeeland-West-Brabant is van oordeel dat na de vermindering van de aanslagen door een systeemfout het opleggen van een tweede aanslag niet mogelijk is, maar dat deze tweede aanslagen wel in stand kunnen blijven als navorderingsaanslagen, omdat aan de voorwaarden voor navordering is voldaan. Dat de systeemfout is opgetreden ná het vaststellen van de aanslagen, neemt niet weg dat hier sprake van een fout in de zin van art. 16 lid 2 onderdeel c AWR. Uit de wetsgeschiedenis betreffende art. 16 lid 1 AWR is namelijk af te leiden dat onder ‘een aanslag ten onrechte achterwege is gelaten of tot een te laag bedrag is vastgesteld' ook moet worden begrepen een aanslag die, zoals in dit geval, ten onrechte verminderd is tot nihil. De rechtbank vernietigt vervolgens wel de aanslagen gebruikersheffingen, omdat de heffingsambtenaar niet aannemelijk heeft gemaakt dat sprake is van gebruik in de zin van de betreffende verordeningen. Het beroep is deels gegrond.

[Bron Uitspraak]

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Bronbelasting

Instantie: Rechtbank Zeeland-West-Brabant

Editie: 16 maart

1

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen