Het Slowaakse BB construct sro dient een aanvraag voor een btw-registratie in. De Slowaakse Belastingdienst eist daarvoor een zekerheidsstelling van € 500.000, in verband met de betrekkingen die de bestuurder of aandeelhouder van BB construct heeft met een andere vennootschap, die een btw-schuld heeft. De Slowaakse rechter stelt prejudiciële vragen in deze zaak.
Het Hof van Justitie EU oordeelt dat het niet in strijd met het EU-recht is dat Slowakije om een zekerheidsstelling van € 500.000 vraagt in verband met de btw-registratie van BB construct. Hierbij is dan van belang dat de bestuurder van BB construct voorheen bestuurder of aandeelhouder was van een andere rechtspersoon die niet aan zijn belastingverplichtingen heeft voldaan. Het Hof van Justitie EU merkt daarbij nog wel op dat de verlangde zekerheid niet verder mag gaan dan noodzakelijk is ter verwezenlijking van de in art. 273 Btw-richtlijn genoemde doelstellingen. Het is aan de verwijzende rechter om na te gaan of dat het geval is.
Informatiesoort: VN Vandaag
Rubriek: Europees belastingrecht, Omzetbelasting
Instantie: Hof van Justitie van de Europese Unie