De Hoge Raad heeft op 2 december 2016 definitief geoordeeld dat de gemeente Nijkerk de btw op de aanlegkosten van op- en afritten naar de Rijksweg A-28 kan compenseren via het BTW-compensatiefonds. De Hoge Raad bevestigt het oordeel van het Hof dat de gemeente Nijkerk afnemer is van de prestatie en de op- en afritten niet ter beschikking zijn gesteld een individuele derde (het Rijk). De van het rijkswegennet onderdeel uitmakende op- en afritten dienen voor de collectiviteit van inwoners, waardoor de gemeente recht op compensatie kent ingevolge het BTW-compensatiefonds.

Belang voor de praktijk

Een gemeente of provincie die gemeenschapsvoorzieningen voor eigen rekening realiseert kan de btw op de kosten compenseren via het BTW-compensatiefonds. Ook als  het beheer en onderhoud van deze gemeenschapsvoorzieningen bij een andere partij berust. De Hoge Raad bevestigt dat de rechtsbetrekking die is aangegaan bepalend is voor het vaststellen wie de afnemer is van de prestatie.
 
Als een gemeente of provincie afnemer is van de prestatie en  de afgenomen prestatie niet wordt gebruikt voor btw-ondernemersdoeleinden, bestaat recht op compensatie uit het BTW-compensatiefonds. Wanneer de afgenomen prestatie ten goede komt aan de collectiviteit van inwoners kan uitsluiting van compensatie niet aan de orde zijn. In de parlementaire geschiedenis zijn als voorbeelden gegeven openbare wegen, openbare parkeerplaatsen of voor iedereen toegankelijke parken en speelplaatsen.
 
Met dit arrest blijkt het voor gemeenten en provincies mogelijk te zijn dat zij in vergelijkbare gevallen de btw op de aanlegkosten compenseren via het BTW-compensatiefonds.

De zaak

De gemeente Nijkerk en de gemeente Amersfoort hebben in verband met de ontsluiting van een nieuwbouwwijk op- en afritten laten realiseren naar de A28. Op basis van een door beide gemeenten opgesteld plan worden de kosten van de aanleg volledig gedragen door beide gemeenten en treedt de gemeente Amersfoort op als opdrachtgever jegens de aannemer. De gemeente Amersfoort belast een deel van de kosten door aan de gemeente Nijkerk en reikt aan haar een factuur met btw uit.
 
Op 25 mei 2009 werden de op- en afritten door de aannemer opgeleverd en twee dagen later waren deze voor het verkeer opengesteld. Vanaf de openstelling berust het beheer en onderhoud bij het Rijk. In januari 2011 leverde de gemeente Nijkerk de bij haar in eigendom zijnde percelen grond, waarop de op- en afritten zijn gelegen, aan het Rijk. De koopsom is gelijk aan de grondwaarde, exclusief de kosten van de aansluiting op de A28.
 
De gemeente Nijkerk wil de door de gemeente Amersfoort berekende btw compenseren bij het BCF. De Belastingdienst gaat hier niet mee akkoord. Zij stelt dat niet de gemeente Nijkerk afnemer van de prestatie is, maar het Rijk, dan wel dat de btw niet voor compensatie in aanmerking komt omdat de afritten ter beschikking zijn gesteld aan een individuele derde, het Rijk als beheerder van 's-Rijkswegennet.

Hoge Raad

De Hoge Raad volgt de beslissing van het Hof. De Hoge Raad stelt dat in het algemeen recht op compensatie via het BCF bestaat als een afgenomen prestatie wordt aangewend buiten het kader van de onderneming. Aangezien niet in geschil was dat de gemeente Nijkerk de op- en afritten heeft bestemd voor andere doeleinden dan voor de uitoefening van haar onderneming, is de slotsom dat wordt voldaan aan de voorwaarden voor compensatie via het BCF. Dit recht op compensatie wordt niet beperkt door een verstrekking aan een individuele derde. Het is hierbij niet relevant dat de op- en afritten vanaf openstelling in beheer en onderhoud zijn van het Rijk (RWS) en vanaf dat tijdstip door haar worden gebruikt in het kader van haar taakuitoefening in de zin van de Wegenwet. De gemeente Nijkerk heeft de op- en afritten voor eigen rekening genomen en vanaf de openstelling ter beschikking gesteld aan de collectiviteit van inwoners. Op basis van de parlementaire geschiedenis oordeelt de Hoge Raad dat in een dergelijk geval geen sprake kan zijn van een terbeschikkingstelling aan een individuele derde. Het recht op compensatie blijft in stand.
 
 

Bron: PwC

Informatiesoort: Nieuws

Rubriek: Omzetbelasting

28

Gerelateerde artikelen