Gemeenten gebruiken de onroerendezaakbelasting (OZB) voor bedrijfspanden vaak als laatste redmiddel om de begroting sluitend te maken. Vooral gemeenten die het financieel zwaar hebben, verhogen hun tarieven in 2015 met meer dan de macronorm van 3 procent. Dat blijkt uit het jaarlijkse lokale lasten onderzoek van Forum, het opinieblad van VNO-NCW. Forum onderzocht de elf grootste gemeenten en tien financieel zwakke gemeenten, met als uitschieter de gemeente Den Haag met een verhoging van 22 procent.

OZB als gatenvuller 

Als gemeenten het lastig hebben, grijpen ze graag naar de OZB. Om dat aan te tonen, keek Forum naar tien gemeenten die het financieel zwaar hebben, waaronder Zandvoort, De Marne en Weststellingwerf. Ze kampen daarnaast met vergrijzing en gaan het daarom lastig krijgen als ze vanaf 1 januari meer zorgtaken moeten uitvoeren. Deze gemeenten verhogen de OZB gemiddeld met maar liefst 5 procent. Blijkbaar kunnen gemeenten zich toch niet inhouden om de lokale lasten te verhogen als de nood aan de man is. 

Macronorm werkt niet 

Daaruit blijkt ook dat de macronorm, het maximale percentage van 3 procent waarmee de OZB-opbrengsten in alle gemeenten samen in 2015 mogen stijgen van Rijk, slecht werkt. Overschrijden de gemeenten de norm gemiddeld wel, dan mag het Rijk alle gemeenten minder uitkeren in het gemeentefonds. Ook de ambtenaren van Plasterk hebben inmiddels geconcludeerd dat de macronorm, die in 2015 wordt geëvalueerd, niet disciplinerend werkt. Ondernemers pleiten al jaren voor een zogenoemde micronorm, waarbij elke gemeente individueel verantwoordelijk is voor eigen beleid en de OZB-opbrengsten niet meer mag laten stijgen dan het inflatiepercentage. 

Stijging wordt soms verbloemd 

De meeste grote gemeenten houden het dit jaar wél netjes. Tilburg en Amsterdam laten de gemiddelde aanslag zelfs dalen. Apeldoorn, dat het financieel zwaar heeft, laat de gemiddelde aanslag met 7 procent stijgen. De grootste klapper maakt Den Haag. Vorig jaar liet de gemeente voor de verkiezingen de aanslag dalen, dit jaar stijgt ‘ie met maar liefst 22 procent. Saillant detail: in de raadsstukken van de gemeente wordt constant verwezen naar 2013. Wellicht om de stijging te verbloemen? 

Het kan anders 

Dat het ook anders kan, bewijst de gemeente Goes. Daar stijgt de aanslag met 2 procent – netjes onder de macronorm. Dat komt, legt VVD-wethouder Loes Meeuwisse uit, omdat de gemeente andere keuzes heeft gemaakt. Namelijk snijden in eigen vlees, in plaats van de rekening bij het bedrijfsleven neerleggen. Het laten stijgen van de lokale lasten blijft daarmee toch een keus in plaats van een noodzaak. 

Bron: VNO-NCW

Informatiesoort: Nieuws

Rubriek: Belastingen van lagere overheden

7

Gerelateerde artikelen