De Staatssecretaris van Financiën heeft een besluit dat gaat over het belastbaar resultaat uit overige werkzaamheden geactualiseerd. Een drietal onderdelen is vervallen en een zestal onderdelen is vernieuwd.

Besluit Staatssecretaris van Financiën, 21 februari 2014 BLKB 2014/286M, Stcrt. 2014, 6643

De Staatssecretaris van Financiën heeft een besluit dat gaat over het belastbaar resultaat uit overige werkzaamheden geactualiseerd. Het betreft het besluit van 1 december 2008, nr. CPP2008/520M. Ten opzichte van dit besluit is een drietal onderdelen vervallen. Verder zijn een zestal onderdelen vernieuwd zoals bijvoorbeeld het tijdstip van de aanvang van de terbeschikkingstelling. Anders dan bij de ondernemer moet er bij de terbeschikkingstelling altijd sprake zijn van tweezijdigheid (overeenstemming tussen de terbeschikkingsteller en de gebruiker). In gevallen waarin een vermogensbestanddeel wordt aangeschaft met de gezamenlijke bedoeling van de belastingplichtige en een gelieerde vennootschap of onderneming om die zaak in gebruik te geven aan die vennootschap of onderneming en het goed voor dat gebruik gereed wordt gemaakt, is van terbeschikkingstelling sprake op het moment waarop dat goed is aangeschaft. Als die gezamenlijke bedoeling niet in een overeenkomst is neergelegd, kan er toch sprake zijn van terbeschikkingstelling. In dat geval moet de aanschaf en het gereedmaken zijn geschied onder zodanige omstandigheden dat, als de (toekomstige) gebruiker ervan een niet-gelieerde persoon zou zijn geweest, met deze over die aanschaf en het gereedmaken voorafgaand afstemming zou hebben plaatsgevonden. Bij het bepalen van het moment van aanvang van de terbeschikkingstelling van een vermogensbestanddeel zijn de bedoeling van partijen en feiten en omstandigheden van groot belang.  

[Nieuwsbron]

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Inkomstenbelasting

Regelgevende instantie: Ministerie van Financiën

Editie: 12 maart

21

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen