De Belastingdienst bepaalt in het onderwijs – net als in andere branches – aan de hand van wet- en regelgeving en jurisprudentie hoe een arbeidsrelatie in fiscale zin kwalificeert. Dat hebben de Ministers van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap en van Sociale Zaken en de Staatssecretaris van Financiën geantwoord op vragen van het Tweede Kamerlid Lucas (VVD).

Brief Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap 6 juni 2014, nr. 625854

De Belastingdienst bepaalt in het onderwijs – net als in andere branches – aan de hand van wet- en regelgeving en jurisprudentie hoe een arbeidsrelatie in fiscale zin kwalificeert. Hierbij is steeds een afweging van alle feiten en omstandigheden van het individuele geval nodig. Daardoor is het moeilijk om in algemene zin te zeggen wanneer iemand als zelfstandige wordt beschouwd. Dat hebben de Ministers van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap en van Sociale Zaken en de Staatssecretaris van Financiën geantwoord op vragen van het Tweede Kamerlid Lucas (VVD). De Belastingdienst heeft de onderwijskoepels om medewerking gevraagd bij het inventariseren en fiscaal duiden van arbeidsrelaties in het onderwijs. Aanleiding is de voorziene introductie van een nieuw (digitaal) toetsingskader voor het doorlopen van een VAR-aanvraag per 1 januari 2015. Het overleg met de Belastingdienst beoogt landelijk geldende criteria op te leveren, die duidelijk laten zien wanneer een arbeidsrelatie kwalificeert als een opdrachtgever-opdrachtnemerrelatie (als tegenhanger van een werkgever-werknemerrelatie).

[Nieuwsbron]

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Inkomstenbelasting, Loonbelasting

Regelgevende instantie: Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap

Editie: 16 juni

1

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen