De Hoge Raad oordeelt dat de per 1 januari 2007 ingevoerde wetswijziging ter zake van het privégebruik van de woning geen terugwerkende kracht heeft, maar enkel een regeling geeft voor de toekomst.

De heer X laat in de jaren 2004 tot en met 2007 een nieuwe woning bouwen. In de woning is een tweede kookruimte aangebracht, waarin X tegen vergoeding kooklessen geeft. X is voor deze activiteiten btw-ondernemer. X trekt de btw die hem in verband met de bouw van de woning in rekening is gebracht volledig af. In 2007 gebruikt X de woning mede voor privédoeleinden. Als X voor dit gebruik geen btw op aangifte voldoet, legt de inspecteur over de maand december 2007 een naheffingaanslag op van € 15.316. De rechtbank stelt de inspecteur in het gelijk. Volgens Hof 's-Gravenhage beroept X zich vergeefs op het rechtszekerheidsbeginsel. X gaat in cassatie. Volgens X leidt de naheffing van omzetbelasting tot een correctie van eerder door X ter zake van de woning in aftrek gebrachte omzetbelasting en impliceert dit een terugwerkende kracht die in strijd is met het rechtszekerheidsbeginsel.

De Hoge Raad oordeelt dat de per 1 januari 2007 ingevoerde wetswijziging ter zake van het privégebruik van de woning geen terugwerkende kracht heeft, maar enkel een regeling geeft voor de toekomst. Indien al gezegd zou kunnen worden dat daardoor de eerder in aftrek gebrachte btw (gespreid) wordt teruggenomen, dan is pas sprake van schending van het rechtszekerheidsbeginsel als het gewettigde vertrouwen is gewekt dat de aftrek – in strijd met het regime van de Zesde richtlijn - geheel in stand zou blijven. De Wet OB 1968 voorzag vóór genoemde datum – in strijd met het gemeenschapsrecht - niet in een heffing ter zake van het privégebruik van de woning. Het door de wetgever in overeenstemming brengen met het gemeenschapsrecht vormt dus geen schending van een op het gemeenschapsrecht gebaseerd gewettigd vertrouwen. De grenzen van de wetgever onder de werking van het EVRM toekomende beoordelingsvrijheid is evenmin overschreden. Het beroep van X is ongegrond.

[Bron Uitspraak]

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Bronbelasting, Omzetbelasting

Instantie: Hoge Raad

2

Gerelateerde artikelen