Belanghebbende, mevrouw X, is werkzaam als (thuis)gastouder. In 2012 vangt X tien kinderen op van acht ouders (de vraagouders). Haar opvang is ingeschreven in het landelijke register kinderopvang. De netto-opbrengst is € 12.469. In geschil is of X IB-ondernemer is. Volgens de inspecteur kwalificeren de werkzaamheden niet als zodanig, aangezien X een bemiddelingsovereenkomst met een gastouderbureau heeft gesloten. Rechtbank Noord-Nederland stelt de inspecteur in het ongelijk. De inspecteur gaat in hoger beroep.
Hof Arnhem-Leeuwarden oordeelt dat X voldoende zelfstandig is, aangezien zij zelf de overeenkomsten sluit met de vraagouders en afspraken met hen maakt over de uitvoering. Volgens de Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen moet iedereen die tegen vergoeding kinderopvang verzorgt deze door tussenkomst van een gastouderbureau verrichten. Daarnaast is inschakeling van een gastouderbureau noodzakelijk voor het recht op kinderopvangtoeslag van de vraagouders. Weliswaar gaat de facturering van X via het gastouderbureau, maar dat wordt gedaan namens X. X verricht haar werkzaamheden jegens de vraagouders/opdrachtgevers dus voor eigen rekening. Het beroep van de inspecteur is ongegrond.
Wetsartikelen:
Wet inkomstenbelasting 2001 3.5