X is eigenaar van een woning. De WOZ-waarde is vastgesteld op € 568.000. De heffingsambtenaar van de gemeente Berkelland heeft het bezwaar tegen de WOZ-waarde ongegrond verklaard. Rechtbank Zutphen heeft het beroep ongegrond verklaard. In hoger beroep is wederom de WOZ-waarde in geschil.
Hof Arnhem overweegt dat de onroerende zaak niet inpandig is opgenomen. De taxateur heeft de door X gestelde aantasting door houtworm niet waargenomen en de heffingsambtenaar heeft deze betwist. Ter zitting heeft de taxateur omschreven welke stappen hij heeft ondernomen om een afspraak voor een inpandige taxatie te maken. X heeft hierop verklaard dat hij geen medewerking wilde verlenen aan een inpandige taxatie, aangezien begin jaren negentig reeds een inpandige taxatie had plaatsgevonden. Toen was nog geen sprake van aantasting door houtworm. In art. 50 AWR is bepaald dat degene die een gebouw of grond in gebruik heeft verplicht is desgevraagd toegang te verlenen aan een door de heffingsambtenaar aangewezen deskundige. Het hof is van oordeel dat het thans aan X is aannemelijk te maken dat sprake is van een aantasting door houtworm die een nadelige invloed heeft op de waarde van de onroerende zaak. X heeft in dit kader geen bewijs bijgebracht, zodat het hof een dergelijke aantasting door houtworm niet aannemelijk acht. Het hoger beroep is ongegrond.
Informatiesoort: VN Vandaag
Rubriek: Belastingen van lagere overheden, Waardering onroerende zaken
Instantie: Hof Arnhem