X is eigenaar en gebruiker van een vrijstaande woning met garage, berging en zwembad in de gemeente Renkum. X vindt de WOZ-waarde 2012 van € 588.000 te hoog.

Hof Arnhem-Leeuwarden (MK II, 17 maart 2015, 14/00503, V-N Vandaag 2015/697) ziet geen reden in verband met inpandige gebreken de WOZ-waarde van de woning van X te verlagen. Het hof stelt voorop dat het in de regel op de weg van de heffingsambtenaar ligt om aannemelijk te maken dat hij bij de waardevaststelling hiermee voldoende rekening heeft gehouden. Nu X echter de gestelde gebreken niet heeft toegelicht of gespecificeerd, en ook nog eens de taxateur van de gemeente de toegang tot zijn woning heeft geweigerd, liggen de zaken anders. Het is dan aan X om de aanwezigheid van de waardedrukkende effecten van inpandige gebreken aannemelijk te maken. Nu X daarvoor geen relevante bewijsmiddelen heeft overgelegd, acht het hof X niet geslaagd in zijn bewijs. Ook voor het overige verklaart het hof het hoger beroep van X ongegrond. De Hoge Raad verklaart het beroep in cassatie niet-ontvankelijk omdat de aangevoerde klachten geen behandeling in cassatie rechtvaardigen (art. 80a Wet RO).

[Bron Uitspraak]

Wetsartikelen:

Wet waardering onroerende zaken 17