X exploiteert een eenmanszaak. Naar aanleiding van een boekenonderzoek legt de inspecteur een btw-naheffingsaanslag 2003 op aan X. Hierbij keert de inspecteur de bewijslast om, omdat X, ondanks een eerdere waarschuwing, geen kasadministratie heeft bijgehouden. X stelt dat de inspecteur langdurig bescheiden onder zich heeft gehouden en dat diverse geretourneerde bestanden waren beschadigd.
Hof Den Haag oordeelt dat X niet aannemelijk maakt dat het niet aan hem is te wijten dat niet is voldaan aan de inlichtingenverzoeken van de inspecteur. Het hof overweegt daarbij dat de FIOD de bescheiden binnen enkele dagen heeft geretourneerd en dat niet aannemelijk is geworden dat het corrupt raken van enkele bestanden aan de FIOD is te wijten. Verder merkt het hof nog op dat er ernstige twijfel bestaat ten aanzien van de juistheid van de door X ingebrachte jaarrekeningen. Volgens het hof heeft de inspecteur de correcties niet willekeurig geschat. De btw-naheffingsaanslag blijft in stand.
Wetsartikelen:
Algemene wet inzake rijksbelastingen 52
Algemene wet inzake rijksbelastingen 47