Hof 's-Hertogenbosch oordeelt in hoger beroep dat de onderverhuur het algemeenbelangkarakter niet in de weg staat, aangezien deze activiteit primair als fondsenwerving kwalificeert.

Stichting X is een wijkinstelling. X verhuurt ruimten in twee panden, die zij zelf tegen zeer lage prijzen huurt van de gemeente. Daarnaast ontplooit X bij haar streven naar bevordering van de sociale cohesie in de wijk zelf ook activiteiten die zijn gericht op de persoonlijke ontplooiing van de (kansarme) bewoners. In geschil is of X terecht aanspraak maakt op de kwalificatie van algemeen nut beogende instelling (anbi). Rechtbank Breda oordeelt dat de inkomsten uit onderverhuur voortvloeien uit de onzakelijk lage huur die de gemeente aan X in rekening brengt. Aangezien de tijd en inzet van X, haar bestuur en de overige vrijwilligers niet voor meer dan 50% door de onderverhuur in beslag worden genomen, dient X toch het algemene belang. De inspecteur gaat in hoger beroep.

Hof 's-Hertogenbosch oordeelt dat de onderverhuur het algemeenbelangkarakter niet in de weg staat, aangezien deze activiteit primair als fondsenwerving kwalificeert. Bovendien is geen sprake is van commerciële verhuur, omdat X slechts optreedt als 'doorgeefluik' van de gemeente. Voor de horeca-activiteiten geldt wel de zogenaamde 'quid-pro-quo (voor wat, hoort wat)' toets van het Scientology arrest (HR 7 november 2003, nr. 38.049). Het is echter niet aannemelijk dat de tijd en inzet van X, haar bestuursleden en de overige vrijwilligers voor meer dan 50% door deze activiteiten in beslag worden genomen. Het maakt ook niet uit dat X in de afgelopen 20 jaar een eigen vermogen van € 280.000 heeft opgebouwd. Hiervan is namelijk ruim 80% bestemd voor de inmiddels gestarte uitbreiding en renovering van de panden. Het beroep van de inspecteur is ongegrond.

[Bron Uitspraak]

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Inkomstenbelasting

Instantie: Hof 's-Hertogenbosch

2

Gerelateerde artikelen